Het COA: tolken online aanvragen met de COA-app
Om de dynamiek tussen tolken en opdrachtgever te belichten, lanceren we een reeks van cases over de dagelijkse vaak noodzakelijke samenwerking. Want hoe verloopt dat voor een opdrachtgever? Dit keer met Marianna ten Brink van het COA.
Marianne ten Brink is casemanager bij het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers) en werkt in het AZC (Asielzoekerscentrum) in Den Helder. Ze werkt sinds 2014 voor het COA en heeft daarbinnen verschillende rollen vervuld. Voor het interview heeft ze met haar collega’s gesproken over hun ervaringen met tolken. Dit en haar eigen ervaringen vormen de basis van een open gesprek met kritische noten en complimenten.
Marianne legt het uit: “Als de asielzoeker is aangemeld in het aanmeldcentrum (AC) in ter Apel en daarna naar het opvangcentrum AZC den Helder komt, ben ik in beeld. Samen gaan we aan de slag met het vormgeven van hun toekomst in Nederland of terug naar het land van herkomst. Door onder andere taalles, informatie over de Nederlandse maatschappij en de arbeidsmarkt. Daarnaast ben ik de persoon die de asielzoeker, wij noemen het bewoner, op de hoogte houdt over de procedure en de beslissingen van de IND.”
De gesprekken die ze met de bewoners voert zijn meestal met een tolk. Zeker als het over de procedure gaat. Ze moet later aangeven of de bewoner het gesprek goed heeft begrepen en in welke taal. Dat is wettelijk verplicht. Deze gesprekken zijn altijd met een tolk. Het aanvragen van een tolk gaat uitsluitend via de COA-app. Dit is een app die Global Talk speciaal voor het COA heeft ontwikkeld.
Ze geeft aan dat het online aanvragen van een tolk sneller verloopt dan telefonisch aanvragen. De COA-app heeft ze altijd op zak in haar telefoon.
“Ik vraag altijd een adhoc tolk aan. Dat is een directe telefonische tolk. In de app geef ik aan dat ik een adhoc tolk wil, de gewenste taal, de tijdsduur en mijn klantnummer. Normaal heb ik dan direct een tolk aan de lijn. De laatste twee maanden, in de ochtenduren, krijg ik moeilijker een Arabische tolk te pakken.”
Dat de gesprekken die ze met de bewoners voert vaak een hoog emotionele lading heeft, zal niemand verbazen. Ze heeft te maken met getraumatiseerde bewoners of bewoners die al jaren door Europa zwerven en overal proberen een status te krijgen. Daarnaast moet ze sommige vertellen dat ze terug moeten keren naar het land van herkomst. “Bewoners reageren soms defensief, soms verdrietig, soms wanhopig en soms gelaten, als ze de boodschap krijgen dat ze zijn afgewezen en Nederland moeten verlaten. Aan de ander kant zijn er bewoners die wel een status hebben en zin hebben om ervoor te gaan. Dat maakt dat elke dag weer nieuw. De ene keer kost het energie en de andere keer krijg ik energie. Het verveelt nooit.”
Marianne geeft aan dat ze graag rechtstreek en persoonlijk een compliment geeft aan een tolk: “Vooral als er weer heel fijn is getolkt en daardoor het gesprek met de bewoner soepel verliep. Want alleen door hen kunnen wij ons dagelijks werk goed uitoefenen.”